Mbo-niveaus
niveau 1: assistent beroepsbeoefenaar
niveau 2: medewerker / basisberoepsbeoefenaar
niveau 3: zelfstandig medewerker / zelfstandig beroepsbeoefenaar / vakopleiding
niveau 4: middenkaderfunctionaris/ gespecialiseerd beroepsbeoefenaar (geeft toegang tot het hbo)
BOL of BBL?
Op alle mbo-opleidingen gaan de leerlingen naar school en doen ze praktijkervaring op in de vorm van stages of betaald werk. Er zijn echter twee varianten: de beroepsopleidende leerweg (BOL) en de beroepsbegeleidende leerweg (BBL).
Jongeren die een BOL-opleiding doen, lopen tussen de 20% en 60% van de tijd stage. Wie een BBL-studie doet, brengt minstens 60% van zijn schooltijd door bij een leerbedrijf.